Deze Koperslager is teleurgesteld. De kiezer heeft gesproken. En ze zeggen dat de kiezer altijd gelijk heeft. Nou, ik weet dat nog zo net niet. Hoe kan de kiezer nu gelijk hebben, wanneer zowel Wilders als Marijnissen zoveel stemmen krijgen? Een groter contrast is nauwelijks denkbaar. Het enige waar die twee het over eens zijn is dat ze ontevreden zijn over hoe het momenteel gaat. Verder staan ze lijnrecht tegenover elkaar als het erover gaat hoe het dan anders zou moeten.
Maar dit land heeft mij niet nodig. De mensen stemmen liever op een Partij voor de Dieren. In een land waar honderden gezinnen op de wachtlijst staan voor de voedselbank, kiezen ze voor het welzijn van het varken. In een land waar duizenden uitgeprocedeerde asielzoekers al jaren wachten op een definitieve beslissing omtrent hun status, kiezen ze voor de rechten van het lieveheersbeestje. In een land waar mensen in verzorgingshuizen pijamadagen kennen, kiezen ze voor de levensomstandigheden van de korenwolf.
Koperslager begrijpt het allemaal niet meer. Ik hou er mee op. Ik hang mijn lier aan de wilgen. Ik geef mijn pijp aan maarten.
Ik geef bij deze het volgende perscommuniqué uit:
De ronduit teleurstellende uitslag van de verkiezingen is voor mij aanleiding geweest om de positie, rol en bijdrage van de Partij voor het Fatsoen aan de Nederlandse samenleving te evalueren. Daarbij heb ik me ook beraden op mijn eigen positie als partijleider. In de beoordeling ben ik tot de conclusie gekomen dat dit land geen behoefte blijkt te hebben aan fatsoen. Laat Mozart en Mao de kar maar trekken. Ik hoef niet meer. De Partij voor het Fatsoen is met onmiddellijke ingang opgeheven. Ik trek mij terug uit de politiek. Ik ga mij verder toeleggen op het verzamelen van fatsoenlijke postzegels. En klassieke brandspuiten.
Ik wens iedereen in dit land het allerbeste. Het ga u goed.
Dit was Ir. Marcus Koperslager, uw dienaar, signing off.